dinsdag 28 februari 2006

ZOLI

Zoli wil een afspraak met ons maken, maar hij kan niet in het weekend. Dan staat hij in zijn nieuwe sportwinkel aan het Balatonmeer. Sinds een half jaar open, zegt hij, en een doorslaand succes.
Ik ben de tel inmiddels kwijt hoeveel sportwinkels Zoli heeft. Hij is gespecialiseerd in zwemkleding, geen wonder, want zijn vrouw, dochter en zoon hebben allemaal iets met zwemmen. De een was ooit zwemtrainster, de ander zat haast in het Hongaarse Olympische zwemteam, de derde doet aan waterpolo. En Zoli verkoopt dus zwemkleding.
Zoli is onze oude buurman. Wij woonden ooit in een klein deel van een oude villa, waarvan hij een ander klein deel bezat. Het pand was door de prinselijke familie Esterhazy gebouwd, in de jaren dertig aan een juwelier uit Pest verkocht en na de oorlog door de communisten onteigend. Die hadden het in appartementen verdeeld waar vooral mensen van het platteland een onderkomen hadden gevonden. Het was een curieus stel buren, want hoewel ze al decennia pand en tuin deelden, waren de onderlinge verhoudingen niet erg warm te noemen.
Zoli's ouders hadden er ook een apartmentje en hij was constant met twee zaken bezig: zijn woning verfraaien (zonder vergunning, zodat hij het steeds aan de stok had met de bouwinspectie) en één of andere business bedenken waar hij het mee kon maken.
Met ieder nieuw plan kwam hij bij ons aanzetten. Één keer wilde hij in de tuin een gebouwtje neerzetten, met daarin een paar sokkenbreimachines. Hij was van plan Adidassokken te maken, tot we hem vertelden dat dat niet zomaar mocht, omdat Adidas een beschermde merknaam was. Daar hoorde hij van op. Het was begin jaren negentig en niemand in Hongarije bekommerde zich om beschermde merknamen. Het was een soort Hongkong in het klein, in die dagen. Maar Zoli zag toch maar af van de sokken.
Het idee dat wij hem aan de hand deden, een pizzathuisbezorgservice, zag hij weer niet zitten. Geen markt voor, dacht hij. Maar op zekere dag kwam Zoli met een gulden plan: hij zou een sportwinkel beginnen.
We waren sceptisch. Boedapest barstte in die dagen van de zaakjes die sportkleding verkochtten, omdat iedereen hetzelfde gulden idee leek te hebben en trainingspakken bovendien de nationale mode waren. Zoli wilde het heel kleinschalig aanpakken. Hij had een winkel van anderhalve vierkante meter gehuurd, wel op een centrale straat in de stad, maar echt piepklein.
Nu had hij er wel over nagedacht. Hij legde zich uitsluitend toe op badkleding, waar je natuurlijk niet veel ruimte voor nodig hebt. Zijn aanbod bestond uit geïmporteerde, dure badkleding, die hij buiten de winkel ook direct aan de man bracht, via de zwemcontacten van vrouw en kinderen.
De meeste van die spullen kwamen als 'monster zonder waarde' het land binnen, dat scheelde in de kosten, en bovendien betekende het dat je ze kon verkopen zonder daar de belastingdienst van op de hoogte te stellen. Één keer werden ook wij betrokken bij de import van een speciaal soort badmatjes. Als vrouw en kinderen niet hoefden te zwemmen, stond één van hen wel in het winkeltje, dat tot laat in de avond open was.
Zo was de situatie toen we in 1994 Hongarije een paar jaar lang in de steek lieten. Vier jaar later keerden we terug, en liepen Zoli weer tegen het lijf. Had hij nog een sportwinkel? Jazeker. Hij had zelfs vier sportwinkels, inclusief een zaak in het WestEnd Shopping Center, op dat moment dé winkelhit van Hongarije.
Het ging hem goed, en het gaat hem nu nog beter. Hij bezit inmiddels een groter deel van de villa, inclusief de woning die wij ooit huurden en een enorm stuk van de nog enormere tuin. Hij kan zich inplaats van slechte wijn goede wijn veroorloven en hij is nog steeds bezig met het opknappen van zijn huis.
Hij heeft in het verleden weliswaar wat gefoezeld met belastingen en importheffingen, maar wie heeft dat niet in Hongarije. Wat hij heeft bereikt, is toch vooral het resultaat van simpelweg hard werken. En van zijn gulden idee, natuurlijk. Hoewel een pizzabezorgdienst ongetwijfeld ook een succes zou zijn geworden, als ik tenminste afga op het aantal pizzakoeriers dat Budapest tegenwoordig telt.

Geen opmerkingen: