vrijdag 17 februari 2006

HET FEEST DER LOZE BELOFTEN

Een man gaat dood en zijn ziel meldt zich bij Petrus aan de hemelpoort. Of-ie binnen mag komen. Helaas, zegt Petrus, dat gaat zomaar niet. Ze hebben het systeem veranderd en tegenwoordig kunnen de zielen kiezen. Ze mogen een dagje naar de hel, en een dagje naar de hemel, en daarna moeten ze een besluit nemen.
De man gaat eerst naar de hel. Eén groot feest: muziek, dans, drank en eten in overvloed, vertier en al zijn oude vrienden zitten er ook. Dan de hemel: veel vaag lichtblauw, engelen die op wolkjes op een harp tokkelen, iedereen beleefd tegen elkaar, en bij het middageten allemaal frisse salades, vruchtendranken en gezonde hapjes. Niet onplezierig, maar voor de eeuwigheid? Hij zegt dus tegen Petrus dat hij liever teruggaat naar de hel.
Daar aangekomen plonst hij in een ketel met kokend water. Om hem heen worden mensen geroosterd, gespiesd en uit elkaar getrokken. Dan komt de duivel langs. Hé, roept de man, hoe zit dat? Gisteren was het hier heel anders. Zeker, antwoordt de duivel grijzend, maar dat was onze verkiezingscampagne.
De Hongaarse verkiezingscampagne vertoont veel overeenkomsten met deze zieltjeswinnarij, al is onduidelijk welke van de grootste partijen in de campagne de rol van de saaie hemel speelt, want de conservatieve Fidesz als de socialistische MSzP buitelen over elkaar heen om de kiezers van alles te beloven.
Topper is vermoedelijk wel de belofte van Fidesz om gepensioneerden een veertiende maand pensioen te betalen. Slim, want gepensioneerden vormen traditioneel een belangrijk deel van de aanhang van de socialisten. Uit opiniepeilingen blijkt dat de voorsprong die de MSzP in deze bevolkingsgroep heeft, sinds het 'veertiende maand-plan' daadwerkelijk is afgenomen.
Cynisch ook die belofte, want binnenskamers erkennen ook Fidesz-politici dat die veertiende maand er waarschijnlijk nooit zal komen. Het zou totaal onbetaalbaar zijn in een land dat toch al zucht onder een enorm begrotingstekort, zeker aangezien Fidesz ook nog eens 10 procent korting op de sociale premies én lagere belastingen belooft. 'Dat is gewoon campagne voeren', aldus een Fidesz-man, die daar natuurlijk niet op geciteerd wil worden. Wat doet het er toe, als we maar winnen, is zijn uitleg. De kiezer is per slot van rekening helemaal niet in politiek geïnteresseerd.
Tibor Navracsics, campagnestrateeg van de partij zei enkele maanden geleden tegen buitenlandse journalisten heel eerlijk dat Fidesz niet van plan was de echte regeringsplannen voor de verkiezingen uit de doeken te doen. Dat, aldus Navracsics, heeft de partij geleerd van de Duitse verkiezingen, waarbij de CDU aanzienlijk minder stemmen haalde dan verwacht: zeg niet eerlijk wat je van plan bent, want anders loopt de kiezer weg.
Maar met de huidige campagnestrategie is het grootste gevaar waarschijnlijk dat de kiezer niet wegloopt, maar dat hij uiteindelijk helemaal niet meer loopt, dat de Hongaren hun vertrouwen in de politiek totaal verliezen. De Hongaarse kiezer behoort toch al niet tot de meest enthousiaste stembusgangers, en als je met mensen praat, blijkt het vertrouwen in de politiek buitengewoon gering.

'Wij slikken niet alles, we zijn volwassenen' is niet voor niets het motto van de kleine christendemocratische MDF. Het is te hopen dat de grote partijen zich die boodschap aantrekken, voordat de kiezer besluit om op een goede dag helemaal niet meer naar de stembus te gaan.