woensdag 3 oktober 2007

DE MACHT VAN RUSSISCHE ENERGIE


Het Hongaarse energiebedrijf MOL heeft deze week nogmaals duidelijk gemaakt niet gediend te zijn van de overnamepogingen van de Oostenrijkse OMV. De Oostenrijkse belangstelling voor het Hongaarse bedrijf geldt als een poging om de groeiende invloed van Russische energiebedrijven op de Centraal-Europese markt tegen te gaan. Dat is niet alleen een economische kwestie, zegt Anita Orbán van het International Center for Democratic Transition in Budapest. ,,Energie is voor Moskou een integraal onderdeel van de buitenlandse politiek’’.
MOL-directeur Zsolt Hernadi zei tegen zo’n fusie te zijn omdat de twee ondernemingen elkaar niet aanvullen, maar overlappen. MOL en OMV-fusie hebben in een aantal landen een bijna-monopolie. Bovendien voelt MOL er niets voor om in zee te gaan met een bedrijf dat nog deels staatseigendom is. Hernadi ontkende overigens ook dat de Hongaren een Russische partner zouden zoeken, ondanks alle geruchten over samenwerking met Gazprom en Lukoil.
,,Voor de aandeelhouders zou samenwerking met de Russen waarschijnlijk het aantrekkelijkst zijn. Maar vanuit politiek oogpunt is het zeer onwenselijk’’ zegt Orbán, een expert in buitenlandse politiek wiens boek ‘Power, energy and the New Russian Imperialism’ volgend jaar in Amerika verschijnt.
,,Er is een directe relatie tussen de Russische buitenlandse politiek en de activiteiten van de energiebedrijven in Centraal-Europa,’’ zegt ze, ,,Sinds 1990 zie je dat als Moskou zich meer met internationale zaken bezig gaat houden, energiebedrijven expansiever worden. Als Rusland interne problemen heeft, tekken die bedrijven zich weer terug.’’
Sinds Vladimir Putin aan de macht kwam, zijn de energiebedrijven actiever dan ooit. ,,Ze gebruiken alle middelen om hun positie in Centraal-Europa te versterken en worden tot op het hoogste niveau gesteund, door ministers en door de president zelf.’’
Pijpleidingen spelen een essentiële rol in dat spel, op twee manieren: ze geven Rusland macht, maar ze maken het land ook kwetsbaar. ,,Zolang er weinig pijpleidingen zijn, hebben de doorvoerlanden ook een machtsmiddel in handen. Toen Moskou vorig jaar Oekraine onder druk wilde zetten en de gastoevoer afsneed, nam Oekraine het gas dat voor Europa was bedoeld. Daarom proberen de Russen ook zoveel mogelijk alternatieve routes te bouwen, door de Baltische Zee en via Turkije,’’ aldus Orbán.
Europa leek zich er tot de Oekraine-crisis niet van bewust dat Rusland energie als een politiek drukmiddel gebruikt, zegt Orbán. Dat had ook te maken met de tweedeling van het continent. ,,Omdat West-Europa ook nog andere energiebronnen heeft, zijn de risico’s daar kleiner.’’
Maar in Hongarije, dat voor 85-90 procent afhankelijk is van Russische energie, ligt de zaak heel anders. ,,Als Russische bedrijven zich inkopen in strategische bedrijven in Centraal-Europa, wordt de afhankelijkheid in de regio alleen maar erger. Als aandeelhouder van MOL zou Gazprom uiteraard iedere poging van Hongarije om zijn gas in een ander land te kopen, blokkeren.’’
Oppositieleider Viktor Orbán (geen familie, overigens) was als premier altijd zeer op zijn hoede tegenover de Russische energiebedrijven. Hij heeft hun optreden ooit zelfs vergeleken met dat van de voormalige Sovjet-unie en bepleitte als tegenwicht een fusie tussen MOL en het Poolse PKN Orlen. De Polen, aanvankelijk enthousiast, trokken zich terug na geruchten dat Gazprom al aandelen in MOL had.
De huidige Hongaarse regering daarentegen is volgens Antia Orbán veel te tegemoetkomend tegenover de Russische bedrijven. ,,Er schijnt wel wat te veranderen, maar premier Gyurcsány was bijvoorbeeld altijd erg dubbel over de vraag aan welke pijpleiding hij de voorkeur gaf, de Russische Blue Stream of de Nabucco-pijpleiding, waarmee Europa gas uit de Kaspische Zee wil halen om zo Rusland te omzeilen.’’
Gyurcsány's steun aan de Blue Streampijpleiding leidde in Europa tot wenkbrouwfronzen. Overigens heeft de premier zich nooit tégen de Nabuccoleiding uitgesproken. In Hongarije's steun voor het Russische project speelt een belangrijke rol dat over de Europese gasleiding al vele jaren wordt gepraat, zonder dat het project echt van de grond lijkt te komen.
Orbán constateert wel dat Europa de risisco’s tegenwoordig serieus neemt. Onlangs publiceerde de Europese commissie een wetsontwerp waarin het eigendom van energieproductiefaciliteiten wordt losgekoppeld van de transportcapaciteit. Ook mogen bedrijven uit ‘derde landen’ slechts een beperkt deel van een EU-netwerk bezitten. ,,Zo’n wet zou Gazprom’s activiteiten in Europa duidelijk aan banden leggen’’, aldus Orbán.

Geen opmerkingen: