maandag 20 oktober 2008

KLEINE SCHOLEN

In het Oost-Hongaarse Biri hebben de schoolkinderen de afgelopen weken in de kou gezeten. September en oktober kenden al een paar frisse dagen, maar de gemeente heeft geen geld meer om de energierekening te betalen. De schuld bij het gasbedrijf beloopt 17 milioen forint, 68 duizend euro. Ook bij het electriciteitsbedrijf heeft het dorp schulden, al is de stroom nog niet afgezet.
Hongarije worstelt al jaren met een politieke discussie over kleine scholen. De oppositie verzet zich fel tegen sluiting, maar handhaving van de dorpsschooltjes is een enorme geldverspilling. Biri telt zo'n 1400 inwoners. De kleuterschool heeft pakweg veertig leerlingen, de lagere school 38. De 38 kinderen hebben vijf onderwijzers, plus twee die met zwangerschapsverlof zijn en twee die op ziektegeld zitten.
Een belangrijk argument voor dorpsschooltjes is dat ouders met kinderen wegtrekken als er geen school is. Ik zeg niets over het nut van een kleuterschool om ouders aan een dorp te binden. Maar ouders met kinderen in de lagere schoolleeftijd hebben ook goede reden om weg te trekken als die school te klein is. Ambitieuze leraren nemen namelijk geen baan op een dorpsschool met slechts handje vol leerlingen.
Ik heb het debat rond sluiting van zo'n kleine school een paar jaar geleden van nabij gevolgd. In een buurdorp nabij ons weekendhuis was een lagere school met eerst 25, en uiteindelijk 14 leerlingen. Eén van de argumenten van de ouders tegen sluiting was, net als overigens in Biri, dat je de kinderen toch niet kon aandoen om 's ochtends en 's avonds te kleumen in de streekbus.
De hoofdonderwijs was een smoezelige dronkenlap die je met geen tang had willen vastpakken, de onderwijzeressen vriendelijke néni's (tantes) die het vast goed bedoelden, maar die hun opleiding lang, lang geleden hadden gehad en van bijscholing niet hadden gehoord. Engelse les werd gegeven door de burgemeester, met wie je best een simpel gesprek in het Engels kunt voeren, maar meer ook niet. Eén meisje dat ik ken, sprak na vier jaar 'les' nog letterlijk geen woord Engels en van de tekst in haar lesboek begreep ze niets.
Ouders die goed onderwijs voor hun kinderen wilden, stuurden hen al naar het naburige dorp, vijf kilometer verderop, waar een veel grotere school is met een centrale functie in de regio.
Twee jaar geleden is het schooltje uiteindelijk gesloten. Het dorp heeft van het geld dat overbleef, een busje aangeschaft, waarmee de kinderen 's ochtends naar school worden gebracht, zodat ze niet op de bushalte hoeven te kleumen. Bovendien kunnen anderen ook van die dorpsbus gebruik maken. In het weekend gaan bejaarden er bijvoorbeeld mee op stap en als de lokale volksdansgroep ergens moet optreden, kunnen ze de bus gebruiken.
Het scheelt het dorp niet alleen geld, het zorgt er ook voor dat de kinderen aanzienlijk beter onderwijs krijgen. Op de school in het buurdorp is een echte Engelse leraar, er is een computerlokaal, een gymzaal, een gymleraar en een plein om te sporten, allemaal voorzieningen die de oude school miste. Het dorp heeft het vroegere schoolgebouw, een monumentaal oud landhuis (zie foto), kunnen verkopen.
Ondanks alle tegenwerpingen vooraf is niemand er slechter van geworden, behalve misschien de leraren van het oude schooltje, die met hun kwaliteiten en het teruglopende leerlingenaantal in Hongarije waarschijnlijk geen nieuwe baan hebben kunnen vinden. Maar persoonlijk denk ik dat het belang van de kinderen in zo'n geval toch voorgaat.

Geen opmerkingen: