dinsdag 21 februari 2017

Grenshek brengt dieren in problemen

Blindmuis
Ze zijn nog maar met vierhonderd exemplaren, de Vojvodina-blindmuizen in de grensstreek van Hongarije en Servië. Blindmuizen zijn zo blind dat ze zelfs geen zichtbare ogen meer hebben. De ondergronds levende knaagdieren hebben het overal in Europa moeilijk, maar dat geldt zeker voor dit groepje. Ze vormen namelijk een lokale, unieke ondersoort en scoren dan ook hoog op de rode lijst van bedreigde diersoorten van de Internationale Unie voor Natuurbescherming (IUCN). Helaas heeft dat de Hongaarse regering niet verhinderd om toch in hun al bedreigde leefgebied een zwaar bewaakt grenshek te bouwen.
Grensversterking is de grote mode. Trump wil een muur, de Macedoniërs hebben sinds vorig jaar een hek op de grens met Griekenland, de Grieken hebben er een bij Turkije en de Oostenrijkers bouwen hekken langs de grens met Hongarije. In hoeverre dat soort constructies migranten daadwerkelijk tegenhouden, daarover verschillen de meningen. Maar dat ze effecten hebben op de natuur, staat buiten kijf. In de meeste gevallen raakt dat vooral de fauna, al is de door Trump geplande muur van 15 meter hoog en 4,5 meter diep massief genoeg om ook voor flora, bodemleven en waterlopen een barrière op te werpen.
De blindmuis is het zeldzaamste, maar zeker het niet enige slachtoffer van het hek dat de Hongaren in 2015 begonnen te bouwen aan de Servische grens en dat sindsdien is verlengd naar de grens met Kroatie en over de hele lengte nog steeds verder wordt versterkt en uitgebreid. Ook andere diersoorten lijden eronder. Natuurbeschermers constateerden vorige zomer al een afname van het aantal edelherten in het Kroatische grensgebied, omdat de dieren, die normaal heen en weer trekken, aan de Kroatische kant van het hek te weinig voedsel vinden.
Foto Runa Hellinga
Grenshek bij het Servische Horgos
De Hongaarse regering, voor wie het hek behalve grensbeveiliging ook een politiek prestigeproject is, noemt de gevolgen voor de natuur verwaarloosbaar. In een verklaring zei ze eerder dat dieren zich wel aanpassen aan de veranderingen die de mens in de natuur aanbrengt. Wat de edelherten betreft zijn dat er bovendien zoveel dat ze landbouwschade veroorzaken. Daarnaast, aldus de verklaring, laten de ervaringen met het IJzeren Gordijn zien dat zo'n hek voor de natuur juist een zege is omdat flora en fauna er niet worden gestoord en dat effect zal het grenshek ook hebben, zodra de menselijke activiteit rond dat bouwwerk is afgenomen.
Als soort zullen de herten het hek inderdaad wel overleven. En het klopt, ze passen zich aan. In de eerste maanden raakte nog wel eens een hert met zijn gewei in het rasterwerk verstrikt. Dat komt nu niet meer voor. Herten kunnen bovendien uitwijken naar andere gebieden.  Maar voor de pakweg twintig centimeter lange, zachtgrijze blindmuis met zijn oogloze kopje en zijn roze handjes is de overlevingkans een stuk kleiner.
Het diertje brengt vrijwel zijn hele leven solitair onder de grond door, bij voorkeur in steppes en natuurlijke graslanden. Landbouwactiviteiten als ploegen zijn al fataal voor hem. De gevolgen van de graaf- en bouwwerkzaamheden voor het hek en de patrouilles met zware militaire voertuigen boven zijn gangenstelsel konden tot nu toe niet worden diepgaand onderzocht, maar laten zich raden.
Bioloog Gábor Csorba leidt een commissie die de regering moet adviseren over de bescherming van blindmuizen. Hij heeft een hard hoofd over hun overlevingskansen bij het hek en is betrokken bij verhuisoperaties om in ieder geval een deel van de dieren uit het grensgebied te redden. Omdat hij in overheidsdienst is, mag Csorba sinds eind vorig jaar niet meer zonder toestemming van het betrokken ministerie met de pers praten en die toestemming heeft hij niet gekregen. Maar eerder vertelde hij aan de New Scienist hoe lastig het was om een geschikte nieuwe plek voor de dieren te vinden.
Er zijn namelijk weinig gebieden waar bodemsamenstelling, klimaat en grondgebruik geschikt zijn voor blindmuizen. Bovendien laten de dieren zich in hun lange gangenstelsels moeilijk vangen. Uiteindelijk maakte het reddingsteam gebruik van hun hekel aan tocht en lokte hen door met een rietje lucht in de gang te blazen. Zodra een blindmuis dat tochtgat dicht kwam maken, werd hij heel voorzichtig uitgegraven om hem niet met de spade te beschadigen.
De gevangen dieren kregen in hun nieuwe leefgebied als eerste onderkomen een aantal voorgegraven gangen. Hoe veilig ze daar zijn, is overigens onduidelijk. Ondanks aandringen van natuurbeschermers is hun nieuwe woonplek namelijk officieel nog steeds geen beschermd natuurgebied en is de kans op een ploegende boer er niet helemaal uitgesloten.

vrijdag 17 februari 2017

Hongaarse politici boycotten Heineken

De Hongaarse gemeente Hódmezővásárhely riep begin deze maand winkels en horecagelegenheden in de stad op om de Nederlandse bierbrouwer Heineken te boycotten. Aanleiding was een proces dat Heineken-Roemenië in 2014 aanspande tegen een kleine Hongaars-Roemeense bierbrouwer wegens misbruik van een merknaam. Onlangs gaf de Roemeense rechter Heineken gelijk dat de merknaam Igazi Csíkisör te zeer lijkt op Heinekens Premium Ciuc.
Wat de boycotoproep extra gewicht geeft, is dat die gesteund wordt door János Lázár, voormalig burgemeester van Hódmezővásárhely en tegenwoordig als minister verantwoordelijk voor het kantoor van premier Viktor Orbán. Lázár is na Orbán waarschijnlijk de belangrijkste man van het land. Hij noemde het rechtelijke besluit "onwaardig, onrechtvaardig en anti-Hongaars" en meende dat "alle Hongaren zich ertegen moeten verenigen".
Op het eerste gezicht lijkt het vergezocht om een verband te zoeken tussen de merknamen Csíki en Ciuc. Maar het is er wel degelijk. In 2003 kocht Heineken een brouwerij in het Roemeense Miercurea Ciuc, een stadje dat vrijwel uitsluitend door etnisch-Hongaarse Székely wordt bewoond en in Hongarije bekend staat onder de Hongaarse naam Csíkszereda. Die brouwerij produceerde een bier onder de merknaam Premium Ciuc. Omdat het bier voor hen uit Csíkszereda kwam, hadden Hongaren in Roemenië het meestal over Csíkibier.
In november 2014 kwam een lokale brouwer, Lixid Project, met een eigen bier, het Igazi Csíkisör (letterlijk het Echte Csíkibier). Natuurlijk was dat een knipoog naar Heinekens bier, maar vreselijk verwarrend was het niet, want de fles en het etiquette zagen er totaal anders uit, en Igazi Csíkisör is bovendien een kleinschalig bier dat vooral lokaal wordt verkocht. Desondanks stapte Heineken naar de rechter. Het bedrijf verloor in eerste instantie, maar kreeg uiteindelijk toch gelijk. Afgelopen januari besliste de rechter dat het inderdaad om merkroof ging en dat de kleine brouwerij de productie moet stopzetten.
Die gerechtelijke uitspraak had alleen betrekking op het Echte Csíkibier, niet op de andere bieren die Lixid Project maakt, maar directeur en mede-eigenaar András Lenárd beweerde op Facebook  dat de brouwerij van de rechter binnen dertig dagen met de hele productie moet stoppen. Sindsdien is Lenárd niet op dat eerste bericht teruggekomen, integendeel. Volgens zijn laatste verklaringen gaat het om niet minder dan een regelrechte aanval op de Székely en is het gerechtelijke besluit het resultaat van het feit dat Roemeense nationalisten niet willen dat iemand arbeidsplaatsen schept in Hongaarstalig gebied.
Daarmee was een rel geboren, want voor veel Hongaren staan de Székely symbool voor een soort onbedorven Hongaarse identiteit. De nationalistische Hongaarse partij Jobbik trok zich het lot van de kleine, verdrukte Lixid-David in zijn strijd tegen de Heineken-Goliath dan ook aan en de gemeente Hódmezővásárhely zowel als parlementariërs van regeringspartij Fidesz en János Lázár volgden dat voorbeeld al snel.
Inmiddels is Igazi Csíki Sör volgens de boycotters niet meer zomaar 'een dorstlessende nektar', maar een waar symbool van de Székely-identiteit. Er gaan stemmen op om het bier te verheffen tot Hungaricum, dat wil zeggen een uniek en door de Hongaarse wet beschermd product. Heineken zelf heeft tot nu toe alleen maar gezegd dat het een kwestie betreft waar de Hongaarse tak van het bedrijf niets aan kan doen, omdat het proces door Heineken in Roemenië is aangespannen.
Wat de gevolgen voor Heineken zijn als die stemmen hun zin krijgen, is nog onduidelijk, net zo
onduidelijk overigens als wat de Heinekenboycot precies betekent voor bierliefhebbers. Zolang het om Heineken-bier gaat, is er weinig aan de hand, want dat bier heeft een relatief klein marktaandeel. Maar de brouwerij produceert meer dan 250 bieren, waaronder het zeer populaire Soproni. Als die allemaal geboycot moeten worden, blijft er voor bierdrinkers straks weinig te kiezen over.
De Roemeense bierbrouwer heeft van de nood inmiddels trouwens een deugd gemaakt: de productie gaat gewoon door, onder de naam 'Igazi Tiltott Sör' (echt verboden bier). Haast hetzelfde etiket als vroeger, met als toegift aan de echte Hongaarse nationalisten ook nog een tekst in runentekens. In Hódmezővásárhely hebben ze ongetwijfeld ruimte in de schappen voor het nieuwe merk. Grote kans dat Lixid Project straks niet alleen niet hoeft in te krimpen, maar juist moet uitbreiden.