maandag 25 september 2017

De stem van de Paus in Hongarije

Foto Runa Hellinga
Bisschop Miklós Beer met Sejmen Aldauidi
Asielzoeker Sejmen AlDauidi woont inmiddels waarschijnlijk niet meer in het bisschoppelijk paleis in het Donaustadje Vác. Zijn asielaanvraag werd eerder dit jaar afgewezen, en vanaf dat moment hield bisschop Miklós Beer er rekening mee dat de Hongaarse politie ieder moment op de statige bisschoppelijke paleispoort kon kloppen om de Koerdische civiele ingenieur op te halen. Net zoals dat eerder met zijn voorgangers, twee vluchtelingen uit Afrika, gebeurde. Toen kwamen de agenten in alle vroegte en voerden de twee in boeien af, vertelt de bisschop met bedrukt gezicht.
Maandenlang deelde Beer paleis en eettafel met AlDauidi en drie andere vluchtelingen.  De Koerd bekeerde zich tot het katholicisme, Beer heeft hem persoonlijk gedoopt, de andere waren drie moslim. Een van hen hield zich aan de ramadan. In die weken at de rest 's avonds wat later.
Beer geeft vluchtelingen
onderdak omdat te helpen en om een voorbeeld te stellen. "Mijn droom is dat iedere parochie een vluchtelingenfamilie huisvest," zegt hij. Dan kan Hongarije makkelijk 20.000 mensen huisvesten. "Eén familie per dorp, die worden zo geaccepteerd." Dat daarmee het terrorismegevaar toeneemt, gelooft hij niet: "Het is juist de verbittering van mensen die uitgesloten en opgesloten worden die tot radicalisering leidt."
'De stem van de paus' noemen Hongaarse media de bisschop. Een geuzennaam, vindt hij, maar het is lang niet altijd complimenteus bedoeld. Op Facebook krijgt Beer de nodige beschimpingen te verduren. De Hongaarse katholieke kerk is overwegend zeer conservatief en Franciscus is lang niet bij iedereen populair. Beers collega in Szeged wijst diens uitspraken over vluchtelingen categorisch af en sommige priesters noemen de kerkvader openlijk de anti-Christ.
Beer wordt gedreven door mededogen. "Oorlog, rampen, droogte: niemand kiest de plek en situatie waarin hij geboren wordt. Je kunt niemand op basis van zijn herkomst wegzetten als terrorist of juist als onschuldig mens." Toch steunt hij, met tegenzin, het grenshek dat premier Viktor Orbán liet bouwen. "Je moet een deur ophouden voor vluchtelingen die het echt nodig hebben, maar je moet voorkomen dat mensen zomaar door het raam Europa binnenkomen," zegt hij. Hoe die deur open moet blijven, is een goede vraag. "Maar zoals Paus Franciscus zegt: eenvoudige antwoorden bestaan niet. Je moet vechten voor het juiste antwoord."
De bisschop leeft naar wat hij preekt, eenvoudig en hulpvaardig. Niet alleen geeft hij vluchtelingen onderdak, op besneeuwde winterdagen veegt hij zelf de stoep voor zijn paleis. Zijn bisdom omvat de straatarme provincie Nógrád, met dorpen waar vrijwel uitsluitend arme Roma, zigeuners, wonen, en hun problematiek gaat hem aan het hart. "In het huidige Hongarije bestaat geen dringender vraagstuk dan dat," zegt hij. Het bisdom organiseert onder meer naschoolse opvang met huiswerkhulp voor Roma-kinderen om hun onderwijskansen te verbeteren. In zijn preken roept Beer kerkgangers op om zigeuners als broeders te aanvaarden.
De Bergrede is zijn leiddraad: "Daarin zegt Jesus: Zalig die hongeren en dorsten naar de
gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. Zalig de barmhartigen, want hun zal
barmhartigheid geschieden. Dat is niet zo moeilijk te begrijpen". Hij noemt het een waterscheiding in de manier waarop mensen geloven: "Of je aanvaardt die woorden en stelt medemenselijkheid voorop of dat je maakt geloof afhankelijk van rituelen: hoe vaak mensen naar de kerk gaan, bidden en vasthouden aan hun tradities."
Salonchristendom en cultuurchristenen, zo omschrijft Beer die laatste houding en hij herkent die bij veel politici die zeggen dat ze christelijke waarden beschermen wanneer ze voor potdichte Europese grenzen pleiten. De kloof tussen zulk traditionalisme en de opvattingen van de paus gaat zo diep dat hij eerder waarschuwde voor het gevaar van een breuk in de katholieke kerk.
Zo hard wil hij het nu niet formuleren, maar toch: "Vijfhonderd jaar na de reformatie is duidelijk dat het niet zover had hoeven komen als mensen naar elkaar waren blijven luisteren. Dat geldt nu. Maar er worden veel stompzinnigheden over Paus Fransciscus beweerd, zoals de beschuldiging dat hij de antichrist is. Dat is spelen met vuur. Dat mag gewoon niet."

maandag 4 september 2017

Hitler verzwijgen heeft geen zin

Foto Runa Hellinga
Hitlerhuis in Braunau
Adolf Hitler hechtte weinig aan zijn geboortehuis aan de rand van het centrum van Braunau am Inn. Het was een huurhuis waar hij hooguit het eerste jaar van zijn leven heeft doorgebracht en waar ze wat hem betreft een kantoor in mochten vestigen. "Braunau was voor hem niet belangrijk. Linz was de stad van zijn jeugd," zegt Florian Kotanko, oud-directeur van het lokale gymnasium en voorzitter van de Vereniging voor Geschiedenis in Braunau. Toen Hitler na de machtsovername in Oostenrijk een bezoek aan zijn geboorteplaats bracht, reed hij het huis straal voorbij.
Toeristen denken er duidelijk anders over. Ze komen weliswaar niet met busladingen tegelijk, maar wie tien minuten de tijd neemt, ziet een gestage stroom belangstellenden stoppen. Ze bekijken de rots op de stoep, een steen uit concentratiekamp Mauthausen met daarop de tekst 'Voor vrede, vrijheid en democratie, nooit weer fascisme, miljoenen doden waarschuwen'. Ze nemen een foto en een enkeling laat zichzelf portretteren voor de lichtgeel gepleisterde gevel.
Veel bijzonders is er eigenlijk niet te zien, behalve dat het gebouw wat onderhoud kan gebruiken. Nergens staat dat Hitler hier geboren werd. Bewust niet. De stad ziet toeristen liever komen vanwege het fraaie historische centrum en doet er alles aan om belangstelling voor het Hitlerhuis te ontmoedigen, ook al uit angst dat het een verzamelpunt van neonazi's wordt. Kotanko maakt zich daar minder bezorgd om. "Er zal er vast wel eens een komen, maar geboortehuizen van beroemde of beruchte personen hebben nu eenmaal op heel veel mensen aantrekkingskracht,"  zegt hij.
Ooit was Braunau wel blij mee met hun bekende stadgenoot. Tot de oorlog toerisme de das omdeed, trok het geboortehuis ook tijdens het Derde Rijk de nodige geïnteresseerden en deed de plaatselijke middenstand goede zaken met fotobriefkaarten, vooral nadat Oostenrijk bij Duitsland was ingelijfd. Ondanks Hitlers desinteresse kocht zijn rechterhand, rijksleider Martin Bormann het pand in 1938 aan. Een paar bijgebouwen aan de achterkant moeten plaatsmaken voor een terrein voor openluchtbijeenkomsten. In 1943 werd het gebouw ter gelegenheid van Hitlers verjaardag ingericht voor 'volksopvoedkundige' doeleinden, met een galerie en een bibliotheek. Op de gevel staat nog steeds 'Volksbücherei'. Het terrein aan de achterkant is inmiddels parkeerplaats.
Na de oorlog werd de bestemming van het huis onderwerp van discussie. Een tijdlang hield de Amerikaanse veiligheidsdienst er kantoor. Later huurde de staat het pand en opende een sociale werkplaats. Plannen voor een gevelsteen om de slachtoffers van het fascisme te herdenken stuitten op verzet van de eigenaresse. Vandaar de rots uit Mauthausen, misschien zelfs een betere oplossing, want het is moeilijk het huis te fotograferen zonder die steen erbij.
Problemen ontstonden er pas toen de sociale werkplaats een paar jaar geleden wilde moderniseren. Ook dat weigerde de eigenaresse. De werkplaats verhuisde, het pand staat sindsdien leeg, maar de staat bleef jaarlijks zo'n 50.000 euro huur betalen om te voorkomen dat het aan verkeerde mensen zou worden verhuurd. Dat vond de Oostenrijkse Rekenkamer uiteindelijk te gek worden, maar een poging om het pand te kopen stuitte op nieuw verzet van de eigenaresse. De alarmbellen gingen pas echt rinkelen toen ze dreigde de huur op te zeggen, zegt Kotanko. Het ministerie van binnenlandse zaken greep in en stelde onteigening en sloop voor. Dat leidde tot gerechtelijke procedures die inmiddels bij het Europese Hof zijn beland.